Personeel

Kwaliteit van leraren en schoolleiders cruciaal

Leraren en schoolleiders zijn bepalend voor de kwaliteit van een school. Dit betekent dat ook de kwaliteit van de leraren en schoolleiders zelf van doorslaggevend belang is.

 

Een tekort aan goede leraren en schoolleiders is funest voor het realiseren van onderwijsambities. Het is daarom cruciaal dat we investeren in leraren en schoolleiders. Zowel in opleiding als in begeleiding gedurende de eerste jaren van hun loopbaan, en ook in hun professionele ontwikkeling daarna. Het opleiden in een opleidingsschool is hier een goed voorbeeld van. 

 

In dit hoofdstuk leest u meer over leraren en schoolleiders in het primair onderwijs en over welke tekorten er zijn. Aan het einde geven we drie oplossingen om het personeelstekort bij beide groepen terug te dringen.

 

 

Overhead zijn functies gericht op sturing en ondersteuning in het primaire proces

Wie doet wat binnen de school?

In het primair onderwijs werken bijna 180.000 mensen (124.117 fte's). Van 2017 tot 2019 groeide de totale personeelsomvang van het primair onderwijs met 6.100 fte's waarvan 4.900 fte's onderwijsondersteunend personeel en 1.400 fte's leraren. Directie, bestuur en management kromp met 200 fte's. De verdeling van het personeel over de categorieën in de bovenstaande figuur (berekend in fte's) geeft een globaal beeld van de overhead. Het onderwijsondersteunend personeel kan echter niet volledig worden toegerekend aan de overhead, omdat een deel van deze medewerkers, zoals onderwijsassistenten, direct kan worden gekoppeld aan het onderwijs en daarmee niet kan worden gezien als overhead. In 2022 werken de PO-Raad en de VO-raad een preciezere definitie van overhead uit, die in een volgende sectorrapportage zal worden gebruikt.

Ontwikkeling aandeel mannen in het primair onderwijs
Het aandeel mannen in het primair onderwijs is de afgelopen decennia gedaald. In 1995 was 38% van de leraren man en in 2017 was dit gedaald naar 19%. Deze ontwikkeling is ook te zien in de managementfuncties. Zo steeg het aantal vrouwelijke schoolleiders in het primair onderwijs van 40% in 2010 naar 60% in 2020.

Het aantal mannen dat een lerarenopleiding volgt, stijgt wel duidelijk in het basisonderwijs. In het speciaal onderwijs daalde het aantal mannen dat een lerarenopleiding volgt lange tijd, maar het is nu stabiel op een relatief laag percentage.

Leeftijdsverdeling leraren

De afgelopen tien jaar is de leeftijdsverdeling van leraren in het primair onderwijs veranderd, waarbij opvalt dat vooral de groep vijftigers een stuk kleiner is geworden.

Het tekort aan leraren neemt toe

De totale omvang van het lerarentekort is niet precies bekend. De tekorten zijn hoger dan het aantal openstaande vacatures omdat ‘verborgen' vacatures met noodmaatregelen worden opgevangen. Dit zijn bijvoorbeeld extra inzet van parttimers of het opsplitsen van klassen. Ook zetten scholen schoolleiders, intern begeleiders, gepensioneerden of onbevoegden voor de klas. In uiterste gevallen sturen zij leerlingen naar huis.

Lees hier meer over het lerarentekort en kansenongelijkheid


Elk jaar worden er voorspellingen gedaan met hoeveel fte's de tekorten zullen toenemen. Tot 2025 wordt een toenemende krapte voorspeld, met een extra onvervulde werkgelegenheid van 1.450 fte's in 2025 ten opzichte van 2019. Deze voorspelde tekorten komen bovenop de bestaande tekorten.

De extra middelen uit het Nationaal Programma Onderwijs (NPO) kunnen zorgen voor een vergroting van de lerarentekorten. Deze paradox wordt veroorzaakt doordat scholen terughoudend zijn om op basis van kortlopende extra middelen personeel aan te nemen, maar ook omdat de extra leraren er simpelweg niet zijn. Ook is er sprake van een ‘waterbedeffect’: leraren die ergens worden aangetrokken, gaan op een andere plek weg. Juist op de plekken waar het lerarentekort nu al hard wordt gevoeld, in het speciaal onderwijs en op scholen in achterstandswijken, vertrekken leraren naar een aantrekkelijke functie elders (die tot stand is gekomen met NPO-middelen).

Regionale verschillen zijn groot

De prognoses laten zien dat alle regio’s in Nederland te maken krijgen met een toenemend tekort aan leraren. We zien ook dat er grote regionale verschillen zijn. Het tekort aan leraren is het grootste in de Randstad. De verschillen komen onder andere tot stand door demografische verschillen.

Het aantal leerlingen daalt vooral in randgemeenten, maar stijgt in de vijf grootste steden (Amsterdam, Rotterdam, Den Haag, Utrecht en Almere). 

Landelijk daalt de leerling/leraarratio (het gemiddeld aantal leerlingen per voltijd leraar).

Tekort groter op kwetsbare scholen

Niet iedere basisschool wordt in dezelfde mate getroffen door het lerarentekort. De inspectie signaleert al een aantal jaren dat de tekorten groter zijn op scholen die van de inspectie een onvoldoende oordeel krijgen en op scholen met een uitdagende leerlingpopulatie. Deze scholen hebben meer (online) vacatures.

Dit is geen Randstad-effect: het verschil blijft bestaan als er rekening wordt gehouden met de mate van stedelijkheid. De ongelijke verdeling van het lerarentekort is een zorg en draagt potentieel bij aan meer kansenongelijkheid in het Nederlandse onderwijs.

 

Schoolleiderstekort loopt op

Niet alleen aan leraren, maar ook aan schoolleiders is een tekort in het primair onderwijs. Het aantal vacatures nam de afgelopen jaren fors toe: van 259 fte's in 2014-2015 tot 705 fte's in 2017-2018. Hoe groot het tekort precies is, is lastig vast te stellen, onder andere door verborgen tekorten (zoals schoolleiders die noodgedwongen voor meerdere scholen de functie vervullen).

Bijna de helft van de schoolleiders is 55 jaar of ouder, en 30% is zelfs 60 jaar of ouder. Zij zullen de komende jaren met pensioen gaan, wat de vraag naar schoolleiders alleen maar zal doen toenemen.

Wie is de schoolleider in het primair onderwijs?

In het Schoolleidersregister PO (SRPO) stonden op 31 maart 2021 8.500 schoolleiders ingeschreven. Het Schoolleidersregister PO houdt de ontwikkeling van individuele schoolleiders en van de beroepsgroep bij. In het primair onderwijs is registratie in het register verplicht. SRPO heeft ook samen met schoolleiders de beroepsstandaard ontwikkeld. Daarin zijn de belangrijkste leiderschapspraktijken en kwaliteiten van leidinggevenden in het primair onderwijs beschreven. 

Naar Schoolleidersregister PO

Wat doet een schoolleider?

De schoolleider in het primair onderwijs werkt samen met collega’s in de scholen aan toekomstbestendig onderwijs, maatwerk en gelijke kansen voor leerlingen. Daarnaast houden schoolleiders zich ook bezig met maatschappelijke uitdagingen, zoals het belang van technologie tijdens de coronacrisis. Steeds meer vervult de schoolleider echter ook een strategische rol in het contact tussen de school en buitenwereld.  

Professionele ontwikkeling

De rol van de schoolleider vraagt om een breed scala aan onderwijsinhoudelijke, strategische en leidinggevende vaardigheden. Schoolleiders willen zich professionaliseren op deze onderwerpen, maar komen daar vaak niet toe door de dagelijkse hectiek op school. Zij besteden veel tijd aan het werven van personeel en het regelen van vervanging bij bijvoorbeeld ziekte. Gedurende de coronacrisis is daar veel regel- en organiseerwerk bijgekomen, zoals het uitvoeren van de protocollen van de overheid, het organiseren van onderwijs op afstand en het onderhouden van contact met de GGD.

Aantrekkelijkheid van het beroep van schoolleider

34% van de geïnteresseerde leraren geeft aan een overstap naar de functie van schoolleider te overwegen als ze de ruimte krijgen om te proberen of het werk iets voor hen is. 30% geeft aan door een hoger salaris overgehaald te worden. 28% van de geïnteresseerde leraren zou het beroep schoolleider overwegen als ze meer begeleiding zouden krijgen als startende schoolleider.

Redenen om van baan te wisselen

Er wordt veel van schoolleiders gevraagd en er is een groeiend schoolleiderstekort. Hoewel de meeste schoolleiders tevreden zijn met hun werk, zoekt een op de vijf een andere baan. Welke redenen zijn er voor schoolleiders om van baan te wisselen?

Hoe dringen we het personeelstekort terug? Drie oplossingen van de PO-Raad