Digitalisering

Coronacrisis zorgt voor professionaliseringsslag

De laatste jaren neemt de rol van ICT in het onderwijs duidelijk toe. Inmiddels is het niet meer de vraag óf ICT wordt ingezet, maar hóe. ICT biedt tal van mogelijkheden om les op maat te geven, lessen te verrijken en resultaten te monitoren.

 

In 2020 en 2021 waren de schoolgebouwen van het funderend onderwijs in Nederland door de coronacrisis twee keer langere tijd gesloten voor de meeste leerlingen. Zij kregen wekenlang thuis les en scholen gaven onderwijs op afstand. De omschakeling naar onderwijs op afstand vond in zeer korte tijd plaats. Dit heeft veel gevraagd van het onderwijspersoneel, ouders en leerlingen. Tegelijkertijd heeft het ons laten zien waar we samen toe in staat zijn. Het bracht de digitalisering, die in de sector al veel langer een rol speelt, in een stroomversnelling.

 

Het afgelopen jaar is niet alleen de inzet van ICT toegenomen - waardoor het onderwijs voor een deel ‘gewoon’ door kon gaan - maar benaderen ook steeds meer scholen ICT en onderwijskwaliteit in samenhang; er is oog voor bewuste keuzes op het gebied van flexibel en locatieonafhankelijk werken. Technologie is daarbij niet het doel, maar een middel voor betere onderwijskwaliteit.

Iedere leerling een device

Niet iedere leerling had bij aanvang van de eerste lockdown een device tot zijn beschikking (laptop of tablet). Met behulp van een subsidie van het ministerie van OCW zijn in de periode maart-juni 2020 ongeveer 15.000 devices uitgereikt aan leerlingen thuis, via de school (primair en voortgezet onderwijs samen). In de periode december 2020-februari 2021 kwamen daar nog eens 60.000 devices bij. Deze devices zijn door inkoopcoöperatie SIVON aangeschaft, die ook de distributie verzorgde.

Duizend internetverbindingen

Niet alleen een device, maar ook een goede internetverbinding is essentieel voor online onderwijs. Inkoopcoöperatie SIVON heeft afgelopen jaar onderzocht hoeveel leerlingen en leraren thuis geen internet hadden. In samenwerking met KPN, T-Mobile en VodafoneZiggo werden verschillende oplossingen aangeboden, zoals gratis 4G, een hotspot of internetsimkaarten. Er werden ongeveer duizend verbindingen geregeld, die gratis beschikbaar werden gesteld door de providers.

ICT-infrastructuur voldoende

De overgrote meerderheid van de leraren in het primair onderwijs die vanuit het schoolgebouw afstandsonderwijs verzorgden, vindt de ICT-infrastructuur voldoende (30%) of ruim voldoende (57%). Van de leraren die vanuit huis onderwijs gaven, vindt 80% de infrastructuur thuis voldoende of ruim voldoende. 

Veel vragen voor Les op afstand

Bij onderwijs op afstand zijn veel meer mensen betrokken dan alleen leraren en leerlingen. Ouders spelen bijvoorbeeld een grotere rol dan bij onderwijs in de klas. Bij het loket van de website lesopafstand.nl, het centrale informatiepunt voor het organiseren van hybride onderwijs, stelden in de periode maart 2020-februari 2021 leraren, schoolleiders, schoolbestuurders én ouders meer dan 1.700 keer een vraag. De PO-Raad startte deze website in samenwerking met Kennisnet, de VO-raad en het ministerie van OCW aan het begin van de scholensluiting.

Alleen al in januari 2021 ontving lesopafstand.nl 70.000 bezoekers

Ambities en verwachtingen van leraren

In de Monitor hybride onderwijs werd aan leraren gevraagd welke ICT-toepassingen zij tijdens de coronacrisis hebben gebruikt. Door te kijken naar de mate van ICT-inzet en hybride onderwijs kunnen er binnen elke school vijf groepen leraren worden onderscheiden, van leraren die een kleine variëteit aan (digitale) toepassingen inzetten tot leraren die een grote variëteit aan toepassingen gebruiken in hun lessen.

De vijf groepen hebben elk hun eigen verwachting over de inzet van ICT in de toekomst. De groepen leraren die tijdens de coronacrisis relatief het minste ICT hebben ingezet (A en B), verwachten de grootste groei in hun toekomstige ICT-inzet. De groepen leraren die tijdens de coronacrisis ICT het meeste hebben ingezet (D en E), verwachten een minder grote groei in de toekomstige inzet van ICT bij hun lessen. Zij verwachten vooral bij de communicatie met ouders en leerlingen minder gebruik te maken van ICT. Deze afname is mogelijk te verklaren doordat intensieve ICT-gebruikers de digitaliseringsslag die de sector heeft gemaakt, willen verduurzamen.

Ambities en verwachtingen van schoolleiders

Een op de vier schoolleiders geeft aan in de toekomst meer gebruik te gaan maken van digitale middelen. Dit zijn bijvoorbeeld online tools waarmee leerlingen thuis kunnen oefenen, tools voor overleg met collega’s en tools voor het betrekken van ouders.

Publieke regie is nodig bij inzet digitale technologie

Goede inzet van digitale technologie verrijkt het onderwijs en kan een bijdrage leveren aan complexe onderwijsvraagstukken. Het vergroot echter ook onze afhankelijkheid van de technologie en de bedrijven erachter. Dit leidt tot problemen op het gebied van privacy en beveiliging. Alleen door samen te werken kan het onderwijs sturing geven aan technologische ontwikkelingen en zo publieke waarden en belangen borgen.

Dat samenwerken loont, bleek onder andere uit de overeenkomst die inkoopcoöperatie SIVON namens het onderwijs in 2021 sloot met Google, waarmee eerder geconstateerde privacyrisico’s bij Google Workspace worden aangepakt.